‘Waarom doet u dat?’ vraagt de vrouw voor me in de supermarkt.
- ‘Wat?’ zeg ik.
‘Doe niet alsof u van niks weet.’
- ‘Wat bedoelt u? Doe ik iets verkeerd?’
‘U hebt ook dubbelvla nodig?’
- ‘Dubbelvla. Ja, wat is daarmee? Wilt u dat ook? Er liggen nog meer achteraan.’
‘Nee ik heb dubbelvla. En ik heb ook chilipoeder.’
- ‘Wat is het probleem dan?’
‘U had ook chilipoeder nodig?’
- ‘Ja... Toevallig ook.’
‘En wasknijpers?’
- ‘In de aanbieding’
‘Ook koperpoets?’
- ‘Voor de kaarsenstandaard’
‘Ook pleisters?’
- ‘Je weet maar nooit.’
‘Dit is echt niet okee. Ik haal er iemand bij. Meneer! Bent u de manager?’
‘Ja, kan ik helpen?’
‘Deze meneer loopt al een half uur achter me aan en koopt precies hetzelfde.’
- ‘Zij koopt hetzelfde als ik!’ werp ik tegen, ‘Ik zag haar niet eens!’
Die manager zal haar wel sussen, denk ik, maar nee.
‘Waarom doen jullie dit?’
‘Wat?’ vragen de vrouw en ik tegelijk.
‘Waarom maken jullie elke zaterdag zo'n scene? Steeds hetzelfde: “hij koopt hetzelfde als ik, dat kan niet.” en dan: “zij doet moeilijk en ik koop gewoon wat ik wil.” Ik word hier zo moe van. Komt dit echt niet bekend voor? Jullie zijn gewoon hetzelfde, misschien zijn jullie gemaakt voor elkaar. Of om elkaar het leven zuur te maken. Wat het ook is, ik weet niet wat ik ermee moet.’
Dan valt een stilte. Ze kijkt van mij naar de manager en zegt:
- ‘Spelen jullie dit samen? Proberen jullie vrouwen te versieren? Ik ben niet voor jou gemaakt hoor!’
Ik kijk van de manager naar haar en dan valt bij mij het kwartje:
- ‘Jullie proberen mij op te lichten! Ik val zogenaamd iemand lastig en dan moet ik betalen om geen gedoe met de politie te krijgen.’
De manager houdt zijn hoofd koel: hier hoeft geen politie bij te komen. We houden het op een misverstand en iedereen gaat rustig verder met zijn dag.
Dat stelt mij gerust, maar de vrouw niet. Ze heeft haar telefoon gepakt.
- ‘Hallo politie? Ik word door twee mannen lastig gevallen in de supermarkt. Nee, ik kan geen personeel aanspreken; de manager is erbij betrokken. Ja, ze willen me versieren of afpersen of zoiets. Nee, ik kan niet rustig worden, stuur alsjeblieft iemand!’

Terwijl de politie onderweg is, buigen andere klanten zich over de situatie. De meningen lopen uiteen.
‘Ik heb ook chilipoeder en dubbelvla’
‘Maar je hebt geen wasknijpers. Precies hetzelfde kopen is onmogelijk.’
‘Onwaarschijnlijk, maar niet onmogelijk...’
De vrouw zoekt medestanders: ‘In dezelde volgorde, he! Dat kan echt niet!’ ‘Jawel! Waarom zou ik haar nadoen?’ verdedig ik me, maar mijn hoofd is er niet helemaal bij.

In mijn ooghoek zie ik de buurtagent binnenwandelen. De manager begroet hem. Ik probeer hun zachte gesprek te volgen.
‘Is het weer zover?’
‘Ja, net als vorige keer.’
‘Wat zullen we nu eens doen? Ik kan ze naar het bureau brengen.’
‘Dat werkte niet. Ik heb wat anders voorbereid. Hier, draag dit en speel het mee.’ Met feesthoedjes op hun hoofd lopen ze richting mij en de vrouw. ‘Prrrrrt!’ doet de roltoeter van de agent.
‘Jaaaa! We hebben twee winnaars!’ roept de manager terwijl hij een hand confetti in de lucht gooit. ‘Het is gelukt! Jongens, kom allemaal!’ Vakkenvullers en kassieres voegen zich lachend bij de menigte. Sommige filmen en anderen hangen slingers op. De buurtagent rolt een spandoek uit. 'Onwaarschijnlijkheidsbonus' staat er in bolle letters met bloemen daaromheen. De manager spreekt ons toe en is hoorbaar over de intercom: ‘Beste klanten en medewerkers, het is gelukt! Christof Koppelman, mijn grootvader en oprichter van deze supermarkt, bedacht in 1965 de onwaarschijnlijkheidsbonus! Wat had hij dit moment graag meegemaakt. Twee mensen hebben onafhankelijk van elkaar exact dezelfde vijf produkten gekocht! Ik zeg eerlijk: ik geloofde niet in zijn visie, maar nu zeg ik: opa, je had gelijk, dit is een ontwaarschijnlijk mooi moment!’ De vrouw en ik worden op twee stoelen door het personeel omhoog getild en door de supermarkt gedragen, naar de uitgang. Daar wacht de lokale televisie. Verderop komt een NOS-busje met satellietantenne aanrijden.

De rest van de dag werd gevuld met interviews en felicitaties. Het was de mooiste dag van mijn leven. Van ons leven, denk ik, want de vrouw zei dat ze het ook onwaarschijnlijk mooi vond. Haar naam heb ik nooit gehoord, bedenk ik nu. Hoe zou het met haar gaan? Heeft ze de pleisters moeten gebruiken? Sinds ik onbeperkt boodschappen krijg, ben ik niet meer naar de supermarkt gegaan. De medewerker die het elke zaterdag brengt, zegt dat ik me niet schuldig hoef te voelen. ‘Geniet gewoon van uw dubbelvla!’ Dat doe ik dan maar.

Volgens ChatGPT:  Een man en een vrouw in de supermarkt kopen per ongeluk dezelfde producten en raken in een verhitte discussie. De manager wordt erbij gehaald, maar in plaats van de situatie te sussen, lijkt hij deel uit te maken van een complot om de twee te bedriegen. Er ontstaat een hilarische situatie wanneer de politie wordt gebeld en andere klanten zich ermee bemoeien. Uiteindelijk blijkt dat de hele situatie een grap was die bedacht was om de onwaarschijnlijkheidsbonus van de supermarkt te vieren.JOGCHEM WORD VEEL TE DIK 
Hij moet dringend afkicken van die dubbelvlaverslaving !Ontwaarschijnlijk mooi  Ontwaren: 1) Aanschouwen 2) Bekijken 3) Bemerken 4) Bespeuren 5) Bespieden 6) Gewaarworden 7) In de gaten krijgen 8) In het oog krijgen 9) Kijken 10) Merken 11) Onderscheiden 12) Ontdekken 13) Ophelderen 14) Opmerken 15) Opsporen 16) Staren 17) Turen 18) Vinden 19) Voelen 20) Waarnemen 21) Zien   

Onwaarschijnlijk mooi :- ) Mooi man Heb ff kunnen lachen vandaag.